Help bij het Atheros-clienthulpprogramma


Inleiding

Systeemvereisten

 

Profielen beheren

Profielen maken of wijzigen

Profielen verwijderen

Automatische profielselectie

Schakelen tussen profielen

TCP/IP configureren

Windows XP configureren

 

Beveiliging

EAP-TLS

EAP-TTLS

PEAP (EAP-GTC)

PEAP (EAP-MSCHAP V2)

LEAP

WPA-toegangscode

 

Status of diagnostische gegevens controleren

Huidige status controleren

Stuurprogrammagegevens controleren

Statistische gegevens controleren

 

Verbinding maken met een ander netwerk

 

Instellingen

Weergave van de signaalsterkte

Weergave van de gegevens

Weergave van het vernieuwingsinterval

 

Hulpmiddelen

Systeemvakpictogram
Hulpprogramma voor probleemoplossing
Radio in-/uitschakelen

 

AtherosAtherosAtheros

Configuratieprofielen maken of wijzigen

Als u een nieuw configuratieprofiel wilt toevoegen, klikt u op Nieuw op het tabblad Profielen beheren. Als u een configuratieprofiel wilt aanpassen, selecteert u de betreffende configuratie in de lijst met profielen en klikt u op de knop Wijzigen. 

In het dialoogvenster Profielen beheren wordt het tabblad Algemeen weergegeven.

Profielen beheren:

Als u een profiel in de ad-hocmodus of de toegangspuntmodus (infrastructuur) wilt configureren, wijzigt u het netwerktype op het tabblad Geavanceerd.

U kunt maximaal zestien configuratieprofielen maken met het ACU. Als er zestien profielen zijn gemaakt, wordt er een foutbericht weergegeven als u op de knop Nieuw klikt.  Verwijder een oud profiel of pas een bestaand profiel aan om dit opnieuw te gebruiken.